Eindhoven,
05
februari
2016
|
15:24
Europe/Amsterdam

Fontys ontvangt RAAK-Publiek financiering voor vier projecten

sia-logo.jpg

Het Nationaal Regieorgaan Praktijkgericht Onderzoek SIA heeft de uitslag van de Raak-Publiekronde van september 2015 bekend gemaakt. RAAK-publiek richt zich op het stimuleren van samenwerking en kennisuitwisseling tussen hogescholen en professionals uit de publieke sector. Deze ronde worden nationaal 25 projecten gefinancierd. Fontys ontvangt voor vier projecten financiering. De vier projecten starten tussen maart en juni 2016 en hebben ieder een looptijd van twee jaar.

‘Parasol’, Martijn Pisters, Fontys Paramedische Hogeschool
Huisartsen, fysiotherapeuten en medisch specialisten zien veel patiënten (30-60%) waarbij na medisch onderzoek de klachten niet door een somatische ziekte verklaard kunnen worden. Dit worden ook wel somatisch onvoldoende verklaarde lichamelijke klachten (SOLK) genoemd. Naast de ingrijpende gevolgen voor de patiënt, vormt de ziektelast door SOLK ook een groot probleem voor zorgprofessionals en de maatschappij. Deskundigen constateerden dat het zorgaanbod voor patiënten met onverklaarde klachten in de eerstelijns gezondheidszorg niet optimaal is. Naar aanleiding hiervan is een vroegopsporingsmethode ontwikkeld waarmee mensen met preSOLK vroegtijdig geïdentificeerd kunnen worden. Om hoog risico patiënten adequaat te kunnen behandelen is een preventieprogramma ontwikkeld, het PARASOL programma: een geïndiceerd eerstelijns preventieprogramma, waarin een geïntegreerd zorgprogramma aangeboden wordt. De Paramedische hogeschool werkt binnen Parasol samen met structurele samenwerkingspartners en daarnaast participeren in het PARASOL project een aantal partners met specifieke kennis en/of expertise.

‘Verschillende ouders, verschillende leerkrachten’, Helene Leenders, Fontys Hogeschool Pedagogiek
Ouderbetrokkenheid in het basisonderwijs stagneert, zo blijkt uit landelijk trendonderzoek. Leerkrachten hebben behoefte aan ondersteuning om moeilijk bereikbare ouders ‘mee’ te krijgen, of om veeleisende ouders aan te kunnen. Vooral beginnende leerkrachten vinden gesprekken met ouders met andere ambities/overtuigingen of een andere cultureel-etnische achtergrond dan zijzelf hebben, moeilijk. 
Het project ‘Verschillende ouders, verschillende leerkrachten’ beoogt deze leerkrachten te ondersteunen bij het realiseren van educatief partnerschap, door hen een handreiking te bieden voor het voeren van ‘tweerichting’ gesprekken met ouders van ‘gewone’ leerlingen, zorgleerlingen en achterstandsleerlingen. Het onderzoek wordt uitgevoerd op 95 scholen in Zuid-Limburg: reguliere basisscholen, achterstandsscholen en scholen voor speciaal basisonderwijs. In deze regio woont meer dan de helft van alle leerlingen in een ‘armoede- postcodegebied’. De bedoeling van het project is om (1) de aanwezige praktijkkennis van leerkrachten over het voeren van oudergesprekken met diverse ouders middels vragenlijstonderzoek en interviews te onderzoeken, (2) deze kennis, gedifferentieerd naar verschillende ervaringscontexten, toegankelijk te maken voor andere leerkrachten, en (3) kennis en onderwijs te genereren voor (aankomende) professionals.

‘Voor iedereen een app?’ Steven Vos, Fontys Sporthogeschool
De laatste vijf jaar is het gebruik van sport- en gezondheid gerelateerde smartphone applicaties exponentieel gegroeid. Grote groepen beoefenaars van individueel te beoefenen sporten zoals hardlopen, fietsen en wandelen, maken gebruik van diverse sportapps. Voor (potentiële) sporters is het echter moeilijk om een keuze te maken uit de vele duizenden apps die voorhanden zijn. Naast de sporters zelf krijgen professionals en organisaties (zoals sportverenigingen en gemeenten) in hun werkveld ook te maken met sportapps. Bij professionals als (personal) trainers, coaches en leefstijlprofessionals ontbreekt vaak de juiste kennis om de geschikte app voor de juiste cliënt te bepalen. Toch hebben sportapps een enorm potentieel. Hiervoor is het essentieel dat apps de sporters optimaal begeleiden. Idealiter zouden apps moeten bijdragen aan een blessurevrije, frequente, plezierige en motiverende sportdeelname. Willen apps hier daadwerkelijk aan bijdragen is aanvullende kennis hard nodig.
Doelstelling van ‘Voor iedereen een app’ is bepalen welke (populaire) sportapp past bij welk type van gebruiker/professional op basis van doelstellingen en wensen (op vlak van sport-/beweegstimulering, trainingsbegeleiding, gezondheidsbevordering, community building en monitoring).

‘De ondernemende binnenstad’ (Cees-Jan Pen van Fontys Hogeschool Management Economie en Recht)Het gaat slecht met de binnensteden, aldus veel krantenartikelen. Wie verder kijkt dan de winkelfunctie, krijgt een ander beeld. Recent onderzoek onderstreept dat Nederlandse binnensteden het juist goed doen, maar dat er een ingrijpende transformatie plaatsvindt waarbij de winkelfunctie afneemt en andere functies opkomen. Fontys wil onderzoeken hoe de ontwikkeling van binnensteden kan worden gestimuleerd met het concept van de ‘ondernemende binnenstad’. Conventionele samenwerkingsvormen zoals een stichting binnenstadsmanagement blijven vaak steken in overleg, focussen eenzijdig op detailhandel en gaan uit van een traditionele rol voor de overheid. Vernieuwende vormen van samenwerking betreffen ondernemersfondsen of Bedrijven Investeringszones. De gedachte is zo de slag van praten naar doen makkelijker te kunnen maken, beter in staat te zijn gezamenlijk te investeren in zaken die er daadwerkelijk toe doen. Een visionaire gedachte is de gehele binnenstad als een bedrijf te runnen, als ware het een ‘BV Binnenstad’.
In het door Fontys en consortiumpartners beoogde onderzoek ‘De ondernemende binnenstad’ staat de vraag centraal welke meerwaarde een meer ondernemende op samenwerking van publieke en private stakeholders gerichte organisatie van de binnenstad oplevert, hoe een ‘BV Binnenstad’ eruit zou kunnen zien en welke eisen dan (moeten) worden gesteld aan binnenstadsmanagers en andere professionals die werkzaam zijn voor en in deze ‘BV Binnenstad’.

Over Nationaal Regieorgaan Praktijkgericht Onderzoek SIA
Het Nationaal Regieorgaan Praktijkgericht Onderzoek SIA financiert en stimuleert praktijkgericht onderzoek van hogescholen. Voor hogescholen is dit de basis voor een volwaardige tweede geldstroom voor praktijkgericht onderzoek. Onderzoek dat cruciaal is voor hun taak om nieuwe kennis te creëren en te verspreiden, voor het onderwijs en de beroepspraktijk.

Over RAAK
Praktijkgericht onderzoek heeft zich mede kunnen versterken in de beroepspraktijk door middel van het RAAK-programma. Bedrijven of instellingen krijgen met RAAK de ruimte om samen met een hogeschool concrete (innovatie-)vragen op te pakken en te beantwoorden. Netwerken van lectoren, onderzoekers, ondernemers, professionals en studenten leiden tot de ontwikkeling, circulatie en toepassing van nieuwe kennis door het bedrijfsleven, de publieke sector en hogescholen. De RAAK-regeling kent inmiddels drie varianten: RAAK-PRO (vierjarig en meer onderzoeksgericht), RAAK-publiek en RAAK-mkb (beide tweejarig en verschil waarvandaan vraag afkomstig is). De RAAK-regelingen staan open voor praktijkgerichte onderzoeksprojecten op alle thema's.