Iedere docent krijgt er tegenwoordig mee te maken: het digitaal volgen van leerlingen en het aanbieden van lesmateriaal via een elektronische leeromgeving. We bespeken waar we het over hebben en waarom, de achtergrond, de voor-en nadelen en bekijken diverse systemen.
Daadwerkelijk aan de slag kun je in Magister omdat we daarvan een demoversie tot onze beschikking hebben. Lekker risicoloos rondklikken, cijfers geven, opdrachten en een studiewijzer maken, geven je een gevoel voor de mogelijkheden.
In het woud van afkortingen, LAS, LMS, LVS, DLO, DLWO, ELO, kiezen wij voor de laatste. Wij hanteren daarbij de definitie van Joke Droste van SURF "Een ELO is het geheel van technische voorzieningen dat via de digitale weg de volgende zaken ondersteunt: 1.het proces van leren; 2.de communicatie die nodig is voor dat leren; 3.de organisatie van het leren." (2003). Een oude maar nog steeds zeer bruikbare omschrijving die de lading dekt.
Er is een diversiteit aan systemen op de markt. De een komt vanuit een administratieve achtergrond, de andere is juist ontstaan vanuit een visie op onderwijs. De een biedt een compleet pakket, de ander is modulair. De een is meer geschikt voor vo, de ander voor mbo. Hieronder vind je links naar de websites van een paar veelgebruikte systemen.
