Eindhoven,
05
november
2018
|
15:24
Europe/Amsterdam

Een zorg minder met technologie

IMG_8794

Een positievere kijk op gezondheid is noodzakelijk, met daarbij de nadruk op wat nog wél mogelijk is en minder op wat mensen met een gezondheidsvraagstuk niet meer kunnen. EHealth, zorgtoepassingen via internet, domotica en robotica zijn daarbij voorbeelden van toepasbare technologische opties. En dan gaat het om technologie die niet per se moet, maar die wel urgent is omdat de zorg anders onbetaalbaar wordt. Dat betoogde lector Eveline Wouters onder meer in haar oratie ‘Technologie, een zorg minder?’ bij de aanvaarding van haar hoogleraarschap op de leerstoel Succesvolle Technologische Innovaties in de Zorg, die plaatsvond op 5 oktober jl. aan Tilburg University. Gedurende het symposium ‘Technologie in de zorg, daar zit muziek in’ – voorafgaand aan de oratie – gingen experts vanuit diverse disciplines in op de noodzaak, kansen én uitdagingen van het gebruik van technologie binnen de zorg. De muzikale omlijsting van het symposium werd verzorgd door Frank van der Heide.

Kanteling in visie
Mede dankzij betere medisch-technologische mogelijkheden is de gemiddelde leeftijd fors gestegen. Het hebben van één of meer chronische aandoeningen is een trend die daarvan het gevolg is. Dit maakt een andere kijk op gezondheid noodzakelijk, een positievere kijk. Een visie waarbij meer de nadruk gelegd wordt op wat wél mogelijk is en minder op wat niet meer mogelijk is met inachtneming van de omstandigheden, waaronder het hebben van een ziekte. Het betekent ook een kanteling in de visie op de gezondheidszorg: het gaat steeds meer over het ondersteunen door professionals van mensen met optimaal behoud van eigen regie, dan over het eenzijdig oplossen van hun gezondheidsproblemen.

Veel mogelijk
Technologie wordt, naast medeveroorzaker van deze demografische trends, ook gezien als een oplossing: met technologie kunnen mensen meer zelf, van diagnosticeren tot interveniëren en revalideren. Medische informatie is rijkelijk voorhanden, er zijn apps en andere technologieën beschikbaar ten behoeve van zelfdiagnostiek, ondersteuning en advies. Maar er zijn ook technologische opties voor het uitvoeren van allerlei interventies, die daardoor ook meer en meer bij mensen in hun eigen huis uitgevoerd kunnen worden in plaats van in het ziekenhuis of revalidatiecentrum. Kortom: er is technisch gezien veel mogelijk. Maar of technologie ook echt succesvol is hangt van vele, en vooral ook menselijke, factoren af. Immers: bij de toepassing van dit soort technologie zijn veel (verschillende) professionals en patiënten betrokken en dat maakt het complex.

Niet-obligate technologie
Onder technologie verstaat Wouters allerlei vormen van technologie, waar meerdere stakeholders tegelijkertijd bij betrokken zijn en die in principe niet-obligaat zijn. Niet-obligaat wil zeggen: ook zonder de technologie is het (met menselijke inzet) in principe mogelijk de zorg te leveren op een conventionele manier. Dan gaat het dus over meer van hetzelfde. Niet-obligate technologie inzetten betekent daarentegen een andere manier van werken en niet alleen meer van hetzelfde. EHealth is een vorm van zulke niet obligate technologie. Bij eHealth betreft het digitale toepassingen in de zorg, zoals het gebruik van informatie- en communicatietechnologie ter ondersteuning of verbetering van de gezondheid en de gezondheidszorg, waarbij bijvoorbeeld uitwisseling van informatie tussen artsen, patiënten en andere betrokkenen mogelijk is. Voorbeelden zijn het digitaal doorgeven van bloedwaarden door patiënten, videocontact met de thuiszorg, het toepassen van domotica.

Onderzoeksvragen
Belangrijke vragen waarop nader onderzoek zal worden verricht zijn:

  • Wat kan technologie betekenen voor de chronische zorg?
  • Welke menselijke elementen zijn van invloed op het succesvol gebruiken van zorgtechnologie?
  • Hoe kan gezondheidsongelijkheid en zorgongelijkheid in de digitale samenleving worden tegengegaan?

In de praktijk gaat het om vragen die raken aan wat mensen ten diepste beweegt: het vraagt om reflectie op wat mensen echt willen, in hun werk, in hun leven. Het roept ook ethische vragen op: wat vinden we toelaatbaar, waar liggen verantwoordelijkheden, of hoe weegt privacy op tegen veiligheid?

Fontys en Tranzo
De leerstoel vormt de schakel tussen Fontys en Tranzo aan de Tilburg School of Social and Behavioral Sciences. Hiermee kan langlopend onderzoek via promovendi worden gekoppeld aan kort, op de snelle technologische ontwikkelingen inspelend, onderzoek van Fontysstudenten. Tranzo en Fontys willen zo komen tot een gemeenschappelijke kennisagenda. Door een structureel samenwerkingsverband worden de mogelijkheden uitgebreid, versterkt en duurzaam. De ambitie is te komen tot onderzoek met grote wetenschappelijke en maatschappelijke impact.

[Lees de hele oratie van Eveline Wouters in de download rechtsboven]

 

 

auteur: Monique van Laar