Looplab Fontys Paramedische Hogeschool bij Omroep Brabant
Maandag 4 december besteedde Omroep Brabant in zowel Wakker! als Brabant Nieuws aandacht aan het Looplab van Fontys Paramedische Hogeschool. Daar startte in juni 2017 het SIA-RAAK project Klompvoetjes. Het idee voor dit onderzoek was van Arnold Besselaar (orthopeed Máxima Medisch Centrum). Hij werkte dit uit met Benedicte Vanwanseele (docent-onderzoeker bij Fontys Paramedische Hogeschool, en projectleider) en Marieke van der Steen onderzoekscoördinator Orthopedie bij MMC en Catharinaziekenhuis. Het Nationaal Regieorgaan Praktijkgericht Onderzoek SIA stelde een RAAK-subsidie beschikbaar voor dit bijzondere praktijkgerichte onderzoek.
“Bij terugval van klompvoetjes moet je er snel bij zijn”
Kern van het project is het vroegtijdig opsporen van mogelijke terugval van de klompvoet door middel van 3D-bewegingsanalyse in het Looplab van Fontys Paramedische Hogeschool. Zo’n zestig kinderen lopen daar de komende maanden: kinderen met klompvoeten zonder terugval, kinderen met terugval en als controlegroep kinderen zonder klompvoeten. De patiëntjes zijn van Besselaar, en de metingen worden door Lisa van Oorschot en Lianne Grin, beiden docent-onderzoeker van Fontys Paramedische Hogeschool gedaan. Ook een aantal studenten is bij het onderzoek betrokken. Daarnaast zijn in het onderzoeksproject naast het MMC ook nog andere externe partners betrokken: Praktijk voor Kinderfysiotherapie Eindhoven Noord, orthopedisch schoentechnisch bedrijf Loopvisie, Nederlandse Orthopaedische Vereniging, Nederlandse Vereniging Klompvoetjes en de KU Leuven. De hoop is dat de (3D) bewegingsanalyse uiteindelijk onderdeel wordt van de behandeling van alle klompvoeten. "Want bij een terugval moet je er echt snel bij zijn", zegt Besselaar. “Als je het slecht of niet behandelt, zijn die kinderen voor het leven gehandicapt."
3D bewegingsanalyse maakt zichtbaar wat anders onzichtbaar blijft
Lianne Grin vertelt hoe het onderzoek in het Looplab gebeurt. “Mensen zonder medische achtergrond weten vaak niet dat in een voet wel 26 botjes zitten. En ook nog eens 33 gewrichten, 107 pezen en 19 spieren”, aldus Grin. “Het mooie van de 3D bewegingsapparatuur in het looplab is dat we nu met de markers veel meer informatie zichtbaar kunnen maken dan met het blote oog of andere apparatuur. Om alle markers goed aan te brengen, de 4 camera’s en het meetsysteem te kalibreren en de metingen bij iemand te doen, kost meestal wel een uur. Vooral als je met kinderen werkt. Je moet er namelijk voor zorgen dat zij zich volledig op hun gemak voelen. Dus wat wij hier doen, daar is een ziekenhuis geen tijd voor. Daarom is dit zo’n mooi onderzoek: we gebruiken wetenschappelijke inzichten en apparatuur waardoor artsen nog beter hun werk kunnen doen. Zo maken we dus gebruik van elkaars kwaliteiten om tot het beste resultaat te kunnen komen voor alle patiëntjes.”